Spraakafzien is zien wat iemand zegt.
Zien wat iemand zegt doet u door de bewegingen van de mond af te lezen, te letten op lichaamstaal en te letten op de situatie waarin iets wordt gezegd. U leest dus méér af dan alleen de lippen. Daarom spreken we liever van spraakafzien dan van liplezen.
Bij het spraakafzien is ongeveer een kwart van de afzonderlijke klanken te onderscheiden. Sommige klanken zijn niet te zien omdat ze bijvoorbeeld achter in de keel worden gemaakt, zoals k en g. Andere klanken zijn wel te zien, maar hebben hetzelfde mondbeeld, zoals p, b en m. U kunt niet zien of er een p, een b of een m wordt gezegd, want de mond ziet er bij alle drie de klanken hetzelfde uit.
Dus is er aanvullende informatie nodig om te weten of iemand het over paard, baard of maart heeft. Denk daarbij aan de zin waarin een woord staat, kennis van het onderwerp of iemands gezichtsuitdrukking.
Dit oefenprogramma is bedoeld voor slechthorenden en plots- en laatdoven die (weer) willen deelnemen aan een gesprek. Als u moeite hebt met het verstaan van spraak, ondanks het gebruik van hulpmiddelen zoals een hoortoestel of Cochleair Implantaat (CI), dan kan spraakafzien de communicatie verbeteren. Woorden die u niet (goed) hebt verstaan, kunt u dan aanvullen door naar de spreker te kijken.
Zien wat iemand zegt is niet gemakkelijk, maar vaak wel te leren. Met behulp van dit oefenprogramma kunt u zelfstandig leren spraakafzien. De oefeningen die steeds moeilijker worden, kunt u zo vaak en wanneer u wilt herhalen.
Naast het gebruik van dit oefenprogramma is het aan te raden om, liefst samen met uw gesprekspartner, lessen te volgen bij een logopedist die ervaring heeft in het geven van lessen spraakafzien. Door het programma Spraakafzienoefenen.nl te combineren met het leren van spraakafzien bij een logopedist, gaat het leren spraakafzien nóg sneller en beter. Bij een logopedist worden naast de standaardoefeningen, ook extra oefeningen aangeboden bij klanken en woorden die u moeilijk vindt. De logopedist geeft uitleg en communicatietips die voor uw specifieke situatie van toepassing zijn. Zo krijgt u meer inzicht in wat u en uw gesprekspartner nodig hebben om de communicatie te verbeteren.
Voor persoonlijke begeleiding door een van de makers, bekijk het aanbod in de shop.
Het oefenprogramma bestaat uit 12 lessen.
Lessen 1 t/m 9 zijn opgebouwd van makkelijk naar moeilijk. Deze lessen moeten daarom eerst in vaste volgorde worden doorlopen.
Daarna volgen 3 thema-lessen, deze kunnen in willekeurige volgorde worden geoefend.
Elke les bestaat uit 10 oefeningen, elke oefening bevat 10 opdrachten. In totaal bevat het oefenprogramma dus 1200 opdrachten!
Bij elke opdracht wordt een filmpje vertoond waarin een woord, een zin, een verhaal of een gesprek te zien is. Er zijn verschillende soorten opdrachten. Naast meerkeuze-opdrachten komen er opdrachten voor waarin u woorden of zinnen in de goede volgorde moet slepen.
De eerste oefening van een les is meestal een “meebeweeg-oefening”. Uit ervaring blijkt dat als u mee-articuleert (zonder stem), u beter voelt hoe de verschillende klanken in een woord worden gevormd. Daardoor leert u de verschillende klankbewegingen bij de spreker eerder herkennen.
Na het afronden van elke oefening, krijgt u te zien hoeveel opdrachten u goed gedaan heeft. Deze score kunt u zelf bijhouden in het lessenoverzicht:
Heeft u moeite met een oefening, herhaal deze dan gerust. Elke oefening (= 10 opdrachten) herhaalt u dan als geheel nogmaals zodat er weer een % goedscore berekend kan worden.
Stop wanneer u wilt, en begin de keer daarna met de oefening waar u was gebleven.
U begint met het lessenoverzicht, hier komt u meteen terecht na het inloggen of via de 'start met oefenen' knop rechts boven. Ga naar les 1, oefening 1. Klik na elke opdracht op de blauwe pijl () en u komt vanzelf bij de volgende opdracht terecht. Zo doorloopt u het hele programma.
Veel oefenplezier!!